Nederlandse consument behoedzaam met diermeelverbod

Eind 2000 werd in Europa een verbod ingevoerd op het gebruik van diermeel in veevoeder. Aangenomen wordt immers dat het voederen van diermeel de verspreiding van de gekkekoeienziekte in de hand heeft gewerkt. Vijf jaar na het instellen van de maatregel heeft de Nederlandse overheid via een telefonische enquête en een drietal consumentenpanels gepeild naar de opinie van de buitenwereld over deze maatregel.

Het telefonisch vooronderzoek bracht aan het licht dat de meeste consumenten in eerste instantie negatief reageren op een mogelijke versoepeling. Pas na een inhoudelijke discussie blijkt het onderwerp onder strikte voorwaarden bespreekbaar. Het gebruik van diermeel van runderen blijft uit den boze, bij uitbreiding geldt dat voor iedere vorm van kannibalisme. De consumenten vinden ook dat het eventueel toegelaten diermeel in de hele keten nauwgezet moet worden opgevolgd.

De consumentenpanels bevestigden deze standpunten. Maar anderzijds zijn de deelnemers ook van mening dat varkens en kippen, die in hun natuurlijke omgeving dierlijke eiwitten consumeren, dit ook via hun diervoeder moeten kunnen krijgen. Diermeel levert hoogwaardige eiwitten en het niet gebruiken wordt gezien als een vorm van verspilling.