Nederland ziet aantal pelsdieren met 20 pct toenemen

Uit een onderzoek van opiniepeiler Maurice De Hond blijkt dat 88 procent van de Nederlanders ermee instemt dat restproducten van de vleesproductie gebruikt worden voor kleding. Bij onze noorderburen is het aantal pelsdieren de voorbije vijf jaar overigens met bijna 20 procent toegenomen tot ruim 700.000 stuks, waarvan een ruime meerderheid uit nertsen bestaat. "We gaan goede tijden tegemoet", laat de Nederlandse Federatie van Edelpelsdierenhouders optekenen in het Agrarisch Dagblad.

Jaarlijks produceren de naar schatting 200 Nederlandse pelsdierenhouders zo’n 3,5 miljoen pelsen, met een totale waarde van 100 miljoen euro. Ne­derlandse vachten worden voor 40 procent afgezet binnen Euro­pa, 40 procent in Azië en 20 pro­cent in de Verenigde Staten. De wereldwijde vraag naar bont neemt per jaar zo’n 5 tot 7 pro­cent toe, zeker nu de economie een opleving doormaakt.

De toename van het aantal gehouden pelsdieren wijst op een toegenomen maatschappelijke aanvaarding, meent het Agrarisch Dagblad. Waar eind jaren negentig nog gesproken werd van een oorlog op het platteland, hebben sinds 2003 geen inbraken of intimidaties meer plaatsgevonden bij nertsenhouderijen. Volgens de Nederlandse federatie van peldierenhouders heeft dat te maken met toegenomen alertheid bij de overheid na de moorden op Fortuyn en Van Gogh.

In eigen land overhandigde GAIA de voorbije zomer nog ruim 164.000 handtekeningen om minister Rudy Demotte ervan te overtuigen om de pelsdierenhouderij te verbieden. De minister liet verstaan begrip te hebben voor de actievoerders, maar tegelijkertijd wil hij rekening houden met de ongeveer 500 arbeidsplaatsen die verloren zouden gaan bij een eventueel verbod.