Boerenbond contesteert EU-cijfers landbouwinkomen

Het inkomen van de Europese land- en tuinbouwers is vorig jaar met 3,8 procent gestegen. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat. Na Nederland en Polen zagen de Belgische boeren en tuinders hun inkomsten het sterkst stijgen, namelijk met 9,2 procent. Dat is een heel pak meer dan de 1,2 procent die Boerenbond eerder becijferd had. "De Europese cijfers zijn veel te positief. In december had de Commissie het nog over een stijging van 2,6 procent. Ik snap niet waar het verschil vandaan komt", reageert Boerenbond-medewerker François Huyghe in Het Belang van Limburg.

Positief is alvast dat het Europese landbouwinkomen vorig jaar opnieuw steeg na de forse daling met 7,2 procent in 2005. "Toch maar niet te snel conclusies trekken. Het gemiddeld inkomen van de Belgische boeren zit 35 procent onder dat van de loon- en weddetrekkenden", stelt Boerenbond-woordvoerster Anne-Marie Vangeenberghe. Zij heeft wel een idee waarom de cijfers van Boerenbond en Eurostat zo ver uit elkaar liggen. "Vorig jaar waren de aardappelen heel duur. Volgens de Europese Commissie stijgt het inkomen uit de aardappelteelt dan ook navenant".

Dat is uiteraard niet het geval omdat in ons land ongeveer de helft van de aardappelen onder contract geteeld wordt. Vorig jaar lag de contractprijs erg laag, terwijl de prijzen op de vrije markt de pan uitswingden. "De Commissie gaat er ook van uit dat alle aardappelen aan die hogere prijzen verkocht zijn", vult Huyghe aan. "Een groot deel van de aardappelen was vorig jaar echter van slechte kwaliteit. Hiervoor hebben de boeren die hun opbrengst vrij verkopen een lagere prijs gehad".

Een andere factor die een belangrijke rol speelt bij de berekening van het landbouwinkomen is het aantal stoppende land- en tuinbouwers. De inkomenspot van de sector wordt over steeds minder bedrijven verdeeld. "Dat blijkt ook uit het cijferwerk van Europa", zegt Vangeenberghe. "De gemiddelde stijging van het landbouwinkomen in de Unie met 3,8 procent is volgens Europa het gevolg van een daling van het aantal arbeiders met 2,6 procent en een reële stijging van het inkomen uit de landbouw met 1,1 procent.

Die laatste stijging is overigens te danken aan gestegen prijzen (+0,1 procent), een lichte daling van de kosten (-0,3 procent), een lichte stijging van de afschrijvingen en een toename van de subsidies met 0,8 procent. Tegenover de forse stijgingen van het landbouwinkomen in Nederland, Polen en België staan volgens Eurostat even grote verliezen in Ierland (-13,3 procent), Finland (-7,8 procent) en Estland (-5,2 procent).(KS)

Meer informatie: Landbouwinkomen volgens Eurostat