"Adviesraden nauw betrokken bij plattelandsprogramma"

Eind vorige maand vroegen de SERV en de Minaraad dat het programma voor plattelandsontwikkeling 2007-2013 zou worden herwerkt wegens onvolledig, onduidelijke financiering en een gebrekkige consultatie van de adviesraden. In een antwoord op een parlementaire vraag van Erik Matthijs (CD&V) veegt landbouwminister Yves Leterme de kritiek van tafel. "De verschillende adviespartners werden uitgebreid geïnformeerd en bevraagd", luidt het.

Volgens Leterme zijn de experts van de landbouwadministratie de nieuwe mogelijkheden en doelstellingen van de nieuwe Europese verordening over plattelandsontwikkeling gaan toelichten bij de adviesraden. Die consultatie resulteerde in een visiedocument van de diverse raden. Die vormden mee de basis voor de goedkeuring van het nieuwe programma voor plattelandsontwikkeling door de Vlaamse regering. "Na afloop hiervan werden de adviesraden opnieuw formeel door mezelf van deze definitieve tekst op de hoogte gebracht", zegt Leterme.

Met het oog op de milieueffectenbeoordeling van het ontwerpprogramma werden de raden twee keer geconsulteerd, een eerste keer in juni en een tweeede keer in september. Begin juli werd door de Minaraad een hoorzitting georganiseerd over het nieuwe programma voor plattelandsontwikkeling. "Daar werd door vertegenwoordigers van de administratie en het kabinet nog eens de nodige toelichting verstrekt en werd geantwoord op vragen".

Na afloop van de principiële goedkeuring van het ontwerpprogramma door de Vlaamse regering op 20 juli werd de adviesraden formeel om advies gevraagd. "Op dit ogenblik zijn we die aan het doornemen. Het is de bedoeling om uiterlijk midden november en liefst vroeger het nieuwe PDPO 2007-2013 voor definitieve goedkeuring aan de Vlaamse regering voor te leggen", aldus Leterme.

De minister-president is het niet eens met de kritiek dat te veel geld zou gespendeerd worden aan de economische pijler van de plattelandsontwikkeling. "De maatregelen rond investeringen, vorming en opleiding zijn prioritair voor de uitvoering van het Vlaamse landbouwbeleid en kunnen geenszins aan belang inboeten. Bovendien zijn de VLIF-investeringen gericht op nieuwe milieutechnieken, diervriendelijke stalaanpassingen en investeringsmogelijkheden die inspelen op maatschappelijke uitdagingen zoals energiebesparing".

Het nieuwe programma voor plattelandsontwikkeling mikt in de eerste plaats op de continuïteit van de bestaande maatregelen. "Op die manier hopen we een onderbenutting van Europese middelen te vermijden zoals het geval was bij het begin van het vorige programma. Anderzijds hebben we het programma 2007-2013 wel gekaderd in een overkoepelende algemene strategie voor het Vlaamse platteland, die zich op verschillende punten in mijn landbouw- en plattelandsbeleid vertaald ziet", aldus Leterme.

Op de vraag of het PDPO betaalbaar is, herhaalt de minister-president dat hij zijn engagementen bij de opmaak van de begroting door de Vlaamse regering zijn engagementen is nagekomen. "De Europese enveloppe zorgde voor een tekort van ruim 15 miljoen euro, maar dat tekort is helemaal weggewerkt. Ook de komende jaren zal ik de toewijzing van de nodige middelen voor de uitvoering van de plattelandsontwikkeling bepleiten".